De burgerlijke rechtbank in Gent heeft de eis tot afbraak en tot onmiddellijke staking van elke exploitatie van het woon- en winkelcomplex Driespoort in Deinze ongegrond verklaard. Volgens twee buurtbewoners beschikte Driespoort niet over de nodige vergunningen. Volgens de rechtbank is dit wel het geval, en is er sprake van onredelijke vorderingen vanwege de eisende partijen.
Aanleiding en feiten
In 2013 werd gestart met de funderingswerken voor het woon- en winkelcomplex Driespoort in Deinze. Omdat buurtbewoners onvoldoende tijd hadden gekregen om beroep aan te tekenen, werd de vergunning van Driespoort door de Raad voor Vergunningsbetwistingen vernietigd. Na het betalen van een boete kreeg NV De Kortrijkse Toren (de projectontwikkelaar van Driespoort) een nieuwe vergunning.
Twee buurtbewoners (waaronder de NV P.) bleven de toegekende vergunningen telkens aanvechten. Zeven vergunningen werden nadien telkens door de Raad vernietigd. De laatste keer gebeurde dit op 24 augustus 2023.
Eis via de burgerlijke rechtbank
Op 20 oktober 2023 hebben de eisende partijen (waaronder NV P.) de bouwheer en de projectontwikkelaar van Driespoort gedagvaard voor de burgerlijke rechtbank. Zij stelden dat Driespoort na 24 augustus 2023 niet meer over een geldige vergunning beschikte, waardoor de uitbating van de site illegaal was en moest worden stopgezet. Ook de bijhorende constructies moesten worden afgebroken.
De eiseressen stelden tevens dat zij door de uitbating van het woon- en winkelcomplex hinder ondervinden van geluid, licht, overlast, aantasting van de luchtkwaliteit, privacy,…
Tussenvonnis burgerlijke rechtbank
In een tussenvonnis van 16 januari 2024 verklaarde de burgerlijke rechtbank de rechtsvordering van de eisende partijen ongegrond in zoverre zij onmiddellijk dringende en voorlopige maatregelen vorderden. De grond van de zaak/betwisting zou nadien verder beoordeeld worden.
Vonnis 14 januari 2025
De rechtbank heeft de rechtsvordering van de eiseressen ontvankelijk, maar in alle onderdelen ongegrond verklaard.
De eisende partijen moeten aan de verweerders een rechtsplegingsvergoeding van 5.000 euro betalen.
Motivering rechtbank
De rechtbank hield bij haar beslissing onder andere rekening met de volgende elementen:
- Het woon- en winkelcomplex (met parking) werd gerealiseerd op grond van uitvoerbare omgevingsvergunningen (stedenbouwkundige vergunningen) en was klaar tegen begin 2015. Sindsdien worden deze gebouwen en handelszaken verhuurd en geëxploiteerd op grond van rechtsgeldige en definitieve socio-economische vergunningen.
- De verweersters hebben op geen enkel ogenblik in het verleden de gebouwen en de parking opgericht/gebouwd/verbouwd zonder over een uitvoerbare stedenbouwkundige en/of omgevingsvergunning te beschikken. De eisende partijen leveren van deze insinuatie niet het minste bewijs. Het staat wel vast dat de Raad voor Vergunningsbetwistingen verschillende vernietigingsarresten heeft uitgesproken. Maar de vernietiging achteraf van een rechtsgeldige vergunning betekent niet automatisch dat de verkrijger van deze vergunning een fout of een onzorgvuldigheid zou hebben begaan. Ook hiervan ontbreekt elk bewijs.
- De site van Driespoort shopping is tot op heden vergund. Op 18 januari 2024 heeft de Bestendige Deputatie een (tijdelijke) omgevingsvergunning verleend. Op vraag van de verweersters wordt deze slechts verleend voor een bepaalde (korte) periode van drie jaar. Binnenkort zal het nodige gedaan worden om een definitieve vergunning aan te vragen. Dit is een perfect wettelijke mogelijkheid waarover de aanvrager van een omgevingsvergunning beschikt. De rechtbank ziet geen enkele reden om deze vergunning zomaar buiten toepassing te verklaren. De eisende partijen hebben ook geen enkele concrete wettelijke bepaling aangetoond die in strijd zou zijn met de toegekende vergunning.
- De verweersters vorderen terecht een verhoogde rechtsplegingsvergoeding gelet op het kennelijk onredelijk karakter van de situatie. Dit blijkt uit de lichtzinnige aanpak en de onredelijke vorderingen waarmee de eisende partijen de afbraak van vergunde constructies en de onmiddellijke staking van de exploitatie van talrijke handelszaken hebben gevorderd (op straffe van verbeurte van immens hoge dwangsommen van 100.000 euro per dag en per inbreuk). Het staat hierbij vast dat één van de eisers op kwaadaardige wijze en zonder enige terughoudendheid een persoonlijke vete poogt uit te vechten.