20/03/2025

Het hof van beroep Gent heeft het wrakingsverzoek van een beklaagde in de Optima-zaak ontvankelijk, maar ongegrond verklaard.

Wrakingsverzoek

Op 25 februari 2025 werd op de griffie van de rechtbank eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent, drie verzoekschriften tot wraking neergelegd. Deze identieke verzoeken waren gericht tegen de drie rechters van de correctionele rechtbank die waren aangewezen om te oordelen in het dossier Optima.

De raadsman van de verdediging hekelde in deze verzoekschriften tot wraking dat hij niet over alle gegevens beschikte om te kunnen nagaan of zijn rechters ten gronde de rechters zijn die bij wet zijn aangesteld om over de zaak Optima te oordelen, omdat de dienstregeling van de rechtbank hem niet wordt meegedeeld. Volgens de raadsman handelt een rechtbank die met een niet-transparante dienstregeling werkt en waarvan de rechtbankvoorzitter weigert om deze over te leggen, in strijd met de vereisten van een onafhankelijke en onpartijdige rechter in de zin van onder andere art. 6 EVRM.

Behandeling en beoordeling wrakingsverzoek door hof van beroep

Dit wrakingsverzoek werd op 13 maart 2025 behandeld door het hof van beroep Gent. Het hof heeft het wrakingsverzoek bij arrest van 20 maart 2025 ontvankelijk, maar ongegrond verklaard.

Motivering hof van beroep

Bij zijn beslissing hield het hof van beroep rekening met volgende elementen:

  • De onpartijdigheid van de rechter wordt vermoed tot bewijs van het tegendeel; het louter subjectieve gevoel van een van de partijen volstaat niet om het vermoeden te weerleggen; de weerlegging ervan vereist het bestaan van controleerbare feiten op grond waarvan de vermoedens die een partij zegt te hebben, als redelijk verantwoord kunnen worden beschouwd.
  • Bij de beoordeling of er wettige redenen zijn om te twijfelen aan de onpartijdigheid van een rechter, kan rekening worden gehouden met de overtuiging die hij op dit punt zegt te hebben. Die overtuiging vormt evenwel geen exclusief criterium. Bepalend is of de vrees voor een partijdige behandeling van de zaak objectief is gerechtvaardigd.
  • Het hof heeft eerst vastgesteld dat uit het proces-verbaal van de terechtzitting blijkt dat de gewraakte rechters nog niet beslist hebben om de dienstregeling niet mee te delen. De beslissing daaromtrent werd gevoegd bij de grond van de zaak. De wrakingsprocedure wegens gewettigde verdenking kan niet worden gebruikt als een rechtsmiddel tegen een beslissing die een partij niet zint, alhier de beslissing om nog niets te beslissen nopens de preliminaire vorderingen.
  • Art. 316 Ger.W. voorziet – ten overvloede - niet in enige vorm van publiciteit van de dienstregeling. Dat andere rechtbanken wél zouden voorzien in de publicatie van de dienstregeling (op hun website – zie bijvoorbeeld de rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen) doet hieraan geen afbreuk.
  • Uit de art. 88, § 1, tweede lid, art. 90 en art. 316 Ger.W. alsook uit het Bijzonder Reglement van de rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent, volgt dat een aanpassing van de dienstregeling door de afdelingsvoorzitter ten andere steeds mogelijk is indien de behoeften van de dienst of de goede rechtsbedeling zulks vereisen (bijvoorbeeld wanneer een zieke collega of een collega die elders benoemd of aangesteld wordt, moet worden vervangen). Het is m.a.w. niet omdat in de opgestelde dienstregeling bepaalde magistraten aan een bepaalde kamer zijn toegewezen dat deze magistraten gedurende het hele daarop volgende gerechtelijk jaar met absolute zekerheid in de desbetreffende kamer zullen zetelen. Zo werd het dossier in de Optima-zaak op de zitting van 20 februari 2025 slechts opgeroepen voor inleiding. Er is nog geen pleitdatum gekend. Dat de huidige rechters dan nog zullen zetelen, is dus geen absolute zekerheid.
  • Het hof oordeelt ook dat uit niets blijkt dat de toewijzing van de Optima-zaak aan de samengestelde G31 kamer zou zijn ingegeven door andere motieven dan de behoeften van een behoorlijke rechtsbedeling. Dat de raadsman van de beklaagde (nog) niet beschikt over de dienstregeling – om na te gaan of de betrokken rechters aan de G31 kamer zijn toegewezen - houdt dan ook (ten overvloede) geen schending in van enig recht in hoofde van de beklaagde.

Het arrest zal in de loop van de dag beschikbaar worden gesteld op Juportal.