Het hof van beroep Gent heeft de eerder opgelegde strafmaat tegen een mensensmokkelaar bevestigd. Volgens het hof was er sprake van uitermate ernstige feiten die in weerzinwekkende omstandigheden plaatsvonden. Ze getuigden van rauw geldgewin, waarbij slachtoffers werden ontmenselijkt en enkel werden gezien als ‘ladingen’ die geld opbrengen.
Feiten
Op 16 augustus 2023 omstreeks 03:02 werd op de E403 in Zedelgem een voertuig Cherokee met Duitse nummerplaat door de politie onderschept. Aan het stuur zat een man met de Egyptische nationaliteit (tweede beklaagde), terwijl de passagier een man met Duitse nationaliteit en Jordaanse roots was (eerste beklaagde).
De politie was het voertuig op het spoor gekomen via analyse van ANPR-camera’s. Daaruit bleek dat het voertuig in de tijdspanne van een maand verschillende keren tussen Duitsland en Frankrijk reed. De wagen kwam België telkens binnen via de omgeving Eupen en reed vervolgens via Bergen of Doornik naar Frankrijk. De terugrit verliep altijd via Adinkerke, wellicht om politiecontrole op smokkelgevoelige plaatsen te vermijden.
De GSM van de eerste beklaagde werd uitgelezen. De politie trof diverse beelden aan, waarbij onder andere een buitenboordmotor en nautisch materiaal in een wagen werd geladen. In WhatsApp stonden verschillende conversaties die aantoonden dat de eerste beklaagde nauw betrokken was bij mensensmokkel. De eerste beklaagde bleek zijn GSM ook door te geven aan andere smokkelaars, en de tweede beklaagde in te huren als chauffeur.
Onderzoek
Uit het gerechtelijk onderzoek bleek dat de eerste beklaagde lid was van een criminele organisatie die voor grof geld transmigranten naar het Verenigd Koninkrijk smokkelde. De overtocht gebeurde in gammele niet zeewaardige rubberbootjes over de Noordzee.
De eerste beklaagde was een onmisbare schakel in deze criminele organisatie. Hij bracht het benodigde materiaal telkens naar diverse plaatsen aan de Franse kust, vanwaar de transmigranten werden ingeladen. De tweede beklaagde werd hierbij als chauffeur ingezet.
Veroordeling door rechtbank van eerste aanleg Brugge
De twee beklaagden moesten zich voor de rechtbank verantwoorden voor mensensmokkel met verzwarende omstandigheden.* De feiten vonden plaats in de periode van 15 maart 2023 tot en met 16 augustus 2023.
* De verzwarende omstandigheden wezen naar het feit dat de mannen misbruik maakten van de kwetsbare toestand waarin de migranten zich bevonden, het feit dat ze het leven van de migranten in gevaar brachten en het feit dat zij deze smokkelactiviteiten meerdere malen hebben uitgevoerd.
De rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Brugge veroordeelde de eerste beklaagde tot:
- een gevangenisstraf van 5 jaar, waarvan 1 jaar met uitstel voor een termijn van 5 jaar
- een geldboete van 8.000 euro, waarvan 500 euro met uitstel voor een termijn van 3 jaar
- een ontzetting uit de burgerrechten, voor een periode van 10 jaar
De tweede beklaagde werd veroordeeld tot:
- een gevangenisstraf van 48 maanden, waarvan 11 maanden met uitstel voor een termijn van 5 jaar
- een geldboete van 8.000 euro, waarvan 900 euro met uitstel voor een termijn van 3 jaar
- een ontzetting uit de burgerrechten, voor een periode van 10 jaar
Het voertuig dat de beklaagden gebruikten (Jeep Cherokee) werd verbeurd verklaard.
Zowel de twee beklaagden als het openbaar ministerie gingen tegen dit vonnis in beroep.
Uitspraak hof van beroep
Het hof van beroep oordeelde dat het beroep van de tweede beklaagde vervallen was, omdat de beklaagde geen grievenschrift binnen de wettelijk voorzien termijn had neergelegd.
Wat de eerste beklaagde betreft, heeft het hof van beroep het vonnis van de eerste rechter bevestigd. Dit betekent dat de opgelegde straffen onveranderd blijven.
Motivering hof van beroep
Het hof van beroep baseerde zijn beslissing op volgende elementen:
- Het betreft uitermate ernstige feiten.
- De houding van de eerste beklaagde getuigt van minachting voor de wetten en reglementen, en voor het welzijn en de veiligheid van de slachtoffers van mensensmokkel die uit persoonlijke of familiale veiligheidsoverwegingen of uit economische noodzaak hun land van herkomst zijn ontvlucht.
- De concrete omstandigheden waarin slachtoffers doorgaans de overtocht naar het Verenigd Koninkrijk maken, is niet enkel weerzinwekkend. Het getuigt evenzeer van rauw geldgewin, waarbij diezelfde slachtoffers worden ontmenselijkt en enkel worden gezien als ‘ladingen’ die geld opbrengen.
- Tegenover dergelijke niets ontziende en op geld belust georganiseerde criminaliteit moet een krachtig maatschappelijk signaal worden geplaatst, dat naast generale preventie en repressie ook inzet op het afschrikken van andere criminele organisaties die jaarlijks slachtoffers maken.
- De ernst van de feiten en hun destabiliserend effect op de samenleving laten naar het oordeel van het hof geen ruimte voor enige mildering.